11 nov 2010

Réunion en tocht naar Zuid-Afrika.









Maandag 25 oktober rijden we met Elaine in een huurauto naar de vulkaan de la Fournaise, die nog steeds actief is. De weg ernaar toe is heel steil en kronkelig en bovendien neemt het zicht steeds meer af. Als we aankomen op het uitzichtpunt bij de pas de Bellecombe kunnen we nauwelijks tien meter voor ons uit zien, bovendien is het maar 12 graden, hebben we weer eens geen goede kleding bij ons en we rillen van de kou. Snel naar een restaurant vlakbij, waar we tenminste nog goede foto's zien van de vulkaan en waar ze ons er veel over kunnen vertellen. We rijden via de oostkust terug en zetten Elaine bij haar hotel in St. Denis af. Dinsdagnacht om vier uur worden we gewekt door mensen op de kade, die ons vertellen dat er een tsunami warning is. Iedereen is paraat en we verhalen onze boot, zodat we niet met de mast de boot naast ons kunnen raken als de golven hoog de haven binnenlopen. Een brandweerwagen rijdt met zwaailicht over de kade en vertelt ons hoe het ervoor staat. Na twee uur is het gevaar geweken en bij ons is er geen schade, verderop op het eiland blijkt dat wel het geval te zijn. De tsunami is veroorzaakt door een aardbeving zuid van Sumatra en heeft daar veel schade aangericht. Woensdag bezoeken we de noord oost kust van het eiland en hiken twee uur bij Basin Boeuf, volgens een mythe heeft een os hier behoorlijk huis gehouden en de omgeving jarenlang geterroriseerd, de bewoners durfden het gebied lange tijd niet te bezoeken. We zijn er alléén en rusten uit op de rotsen bij het water, het water is heel schoon en er zwemmen allerlei vissen in. We vervolgen onze tocht naar Salazie en het creolendorp Hell-Bourg. Daar bezoeken we Villa Folio een Creools huis met een prachtige tuin rondom. Het dorp is vroeger een kuuroord geweest voor de rijke mensen van Réunion, vandaar de mooie huizen en tuinen die er zijn. De natuur is adembenemend en soms zien we wel zes watervallen tegelijk. Donderdag bezoeken we St. Denis en halen Marnix af van de airport. Heerlijk om hem weer te zien en we eten onderweg met de bemanning van een andere boot van de WARC. De volgende dag gaan Hans en Marnix duiken bij St. Gilles, leveren we de huurauto in en hebben 's avonds een party en diner in de Dodo-bar. Zaterdag 30 oktober is de start voor het traject Réunion naar Richards Bay in Zuid-Afrika. We hebben een redelijke start, en varen lang met de kopgroep mee. We zetten een waypoint uit ver zuid van Madagaskar om speling te hebben in de aanloop naar Richards Bay. Alles gaat voorspoedig, tot we een gale warming doorkrijgen over de marifoon en van de weerman van de WARC. We zitten gelukkig al redelijk ver zuid en de echte kern krijgen we niet. Als de zee weer wat gekalmeerd is kunnen we de jerrycans brandstof in de tank doen en hebben we weer een bijna volle tank. Maandag 1 november bellen we Cathelijne om haar met haar verjaardag te feliciteren, ze vertelt ons het grote nieuws dat ze 12 februari gaan trouwen. We zijn echt super blij en besluiten gelijk dat de Drammer dan maar een jaar in Zuid-Afrika blijft. We hebben in ruim vijf maanden meer dan 11.000 mijl gevaren en nemen nu de tijd om rustig langs de kust naar Kaapstad te varen. We hebben een heel sterke stroom tegen van soms meer dan drie knopen en schieten maar niet op naar ons Waypoint ten zuiden van Madagaskar. Veel scheepvaart wordt doorgegeven op de AIS en we maken steeds contact met ze om te vragen hoe ze ons passeren. Donderdag krijgen we 20 - 25 knopen wind en bereiken we ons waypoint bij Madagaskar. Vrijdag begint de motor minder regelmatig te lopen, Hans zet de voorfilter om en we denken het euvel verholpen te hebben. De motor loop echter nog niet goed en als we weer 12 uur hebben kunnen zeilen en de motor afgekoeld is, vervangt Hans toch maar beide voorfilters. Er komt een nieuw weerbericht binnen, dat niet veel goeds voorspelt. We zijn heel alert op het weer omdat we straks de Agulhas stroom over moeten steken. Als je daar bent en de wind draait naar het zuidwesten, krijg je daar monstergolven en niemand zit daar op te wachten. We vragen de organisatie de frequentie van de weerberichten te verhogen en voortaan zullen we elke dag weerbericht krijgen. Wij zitten nog steeds net achter de kopgroep en we naderen al snel een gemeen koufront. We moeten besluiten wat we doen, vertragen of zo snel mogelijk door gaan. We tekenen het koufront in op onze kaart en het blijkt dat we de lijn eigenlijk al gepasseerd zijn. We nemen het besluit om zo snel mogelijk door te gaan, anderen vertragen en blijven voor het front wachten. De spanning in het veld loopt hoog op en er is heel veel overleg, iedereen speelt zijn eigen informatie door aan anderen. De kunst is om voor de laatste 100 mijl het goede weather window te pakken. Wij moeten nog 290 mijl en met 14 tot 20 knopen wind lopen we er mooi doorheen. Zondagavond om 11.00 uur naderen we de 100 mijlen grens, gelijk krijgen we bericht dat er weer een gale warming is voor dinsdagmorgen en dat er dan zeker geen mogelijkheid is om Richards Bay aan te lopen. Als we 85 mijl voor de kust zijn begint de stroom eindelijk mee te lopen om 5 uur 's morgens moeten we nog 65 mijl, we moeten het kunnen halen als alles goed gaat. Ik hoor nog steeds de motor haperen en duim maar dat hij het blijft doen. Als het me teveel wordt stop ik maar de oortjes van de Ipod in mijn oren en blijf naar muziek luistern i.p.v naar de motor. We tellen de mijlen af en op het laatst krijgen we 30 knopen wind, nog 45 mijl te gaan, die we in 5 uur afleggen op alleen de genua (gemiddeld 9 knopen wel met 1 tot 1,5 knoop stroom mee). Om 12.00 lokale tijd lopen we de haven binnen, een politieboot begeleidt ons naar de haven en we meren af. We hebben een goede tocht gehad, zonder schade en het laatste weatherwindow gebruikt, de meesten zijn nog buiten en moeten vertragen. Het duurt nog 2 dagen voor de laatste boot binnen is. Er is heel veel schade aan de vloot, zeilen kapot, veel roer schade, lekkages en kiel problemen om maar iets te noemen. Eén boot is platgeslagen door een golf en een andere is spontaan 180 graden van koers verandert door een golf, de boot voor ons is aan de grond gelopen, maar kwam gelukkig redelijk snel los. Iedereen wordt ontvangen door de jachtclub met een vriendelijk praatje en een fles champagne, heerlijk zo'n ontvangst na zo'n tocht. Woensdag brengen we Marnix al weer naar de airport in Durban met een huurauto. Het is heerlijk geweest dat hij er bij was en omdat je met zijn drieën bent kan je wat langer slapen, zodat het net minder vermoeiend is. Voorlopig laten we de boot twee weken hier liggen, Hans moet naar Nederland en ik ga naar Kenia om Florence en Aïsha weer te zien. Ineens hebben we de tijd en we kunnen rustig van Zuid-Afrika gaan genieten, wel moeten we afscheid nemen van de mensen van de WARC en dat vinden we jammer het is een leuke groep en hebben best wel veel vrienden gemaakt.