13 sep 2009

Nieuw Zeeland en Tikehau.












We krijgen een goede plaats in de binnenhaven, en we besluiten in Tahiti de boot achter te laten om een reis te maken naar Nieuw Zeeland. Hans is altijd al erg in dit land geïnteresseerd geweest en nu hebben we de tijd om het te bezoeken. We boeken een reis en vertrekken drie dagen later op 10 augustus met het vliegtuig naar Nieuw Zeeland tot 27 augustus. We huren een auto en rijden een week rond op het Noordeiland en een week op het Zuideiland. In het noorden vinden we de kust in het westen erg mooi en vooral de grote en eeuwenoude bomen maken grote indruk. We wandelen door de bossen en langs de kust en leren veel over de natuur en de geschiedenis van het land. We maken veel kilometers, maar het is heel rustig op de weg en onderweg stoppen we vaak om iets te bekijken of te eten. We bezoeken een maoridorp en krijgen daar een maaltijd, die gekookt is op aardwarmte zoals ze al eeuwen hun eten bereiden. Het is erg lekker en we zitten met 12 nationaliteiten bij elkaar, wat toch wel weer leuk is. We maken een avondwandeling door de het bos in de stromende regen en zien maorikrijgers in hun kano bezig. Daarna krijgen we een dansvoorstelling en uitleg over hun levenswijze, zoals de betekenis van de tatoeages en achtergrond informatie over de haka,hun wereldberoemde dans en gezang. Het is allemaal wel erg toeristisch, maar het geeft wel een beeld. We zien die avond ook nog de kiwi, het nationale symbool van het land. Het is een nachtdier en de kans om ze te zien is niet erg groot, maar gelukkig hebben we een goede gids, die ze ons kan laten zien. Na een week steken we met de ferry over van Wellington naar Picton, waar we een andere huurauto in ontvangst nemen. We rijden in een keer door naar Kaikouri, waar we de zee op gaan om walvissen te bekijken. We zien drie spermwalvissen, veel dolfijnen, albatrossen en zeeleeuwen. Vooral de walvissen maken indruk, ze zijn erg groot en we zien ze drie keer wegduiken de diepte in met hun staart nog boven water. Daarna staan de gletsjers, de Fox en Frans Jozef, op onze verlanglijst en we steken het eiland over naar de westkant. Als we aankomen blijkt het weer te slecht te zijn om ze goed te kunnen zien. We rijden met de auto zo ver als we kunnen en krijgen in de stromende regen toch nog wel een beeld. We kunnen er niet dichterbij komen omdat alles afgezet is wegens overstromingsgevaar. Ook de helikoptervluchten gaan niet door. We besluiten niet langer te wachten en vertrekken over de Arthurs Pass richting Christchurch. Op de pas maken we een mooie wandeling naar een waterval en zien we de Kea, een soort papagaai en de Weka een soort kiwi, die overdag leeft. Het landschap is heel erg mooi, met mooie besneeuwde bergtoppen en dalen waar heel veel mooie schapen lopen. Vooral de Merinosschapen vind ik erg indrukwekkend, ze hebben nog hun dikke wintervacht en zijn heel zwaar gebouwd. In Christchurch wandelen we twee dagen door de stad. Het is een mooie stad met veel parken, oude Engelse gebouwen en mooie moderne architectuur. We vinden het de mooiste stad van Nieuw Zeeland omdat het duidelijk een eigen karakter heeft. Van hieraf vliegen via Auckland weer terug naar Tahiti.

We maken de boot klaar om achter te laten en pakken nog een mooi weekend naar Tikehau (een atol van de Tuamoto archipel), waar we wandelen, fietsen en snorkelen. We verblijven in een familiepension en hebben een bungalow op het strand. Leuk om het verschil te zien met een familiebedrijf en de grote ressorts waar we tot nu toe verbleven. Er wordt heerlijk voor ons gekookt en we kunnen fietsen nemen om rond te fietsen. Omdat het weer erg slecht is en alle excursie afgelast zijn, raad de gastvrouw ons aan om met een boot naar een andere atol te gaan waar we in de luwte kunnen snorkelen. Dat blijkt een waardevolle tip te zijn en we mogen bij een duur ressort heerlijk de hele dag gebruik maken van hun faciliteiten. Wat een groot verschil met Bora Bora waar we bij alle ressorts weggestuurd werden als we met de dinghy aan kwamen. Hier is alles kleinschaliger en de mensen bellen elkaar gewoon even of het goed is dat hun gasten langskomen. We zien heel veel nieuwe vissen met het snorkelen en zijn er steeds weer over verbaasd hoeveel soorten er zijn en hoe ze zich aanpassen aan hun omgeving. Ook verbaast het ons dat hoewel het ondiep is er zoveel blacktiphaaien zitten. Zondagavond 6 september vliegen we weer terug naar de Drammer om daar weer verder te gaan met de boot klaar te maken. Wat ons vooral nu nog bezig houdt is de verzekering van de boot. Voordat we weggingen hebben we een contract voor drie jaar afgesloten met een grote verzekeringsmaatschappij. We wilden daar onderweg geen zorgen over hebben, omdat het altijd moeilijker is om dingen te regelen als je niet in Nederland bent. Na twee jaar heeft de maatschappij het contract opengebroken om de premie fors te verhogen en ons te verplichten een volgsysteem aan te brengen. We hebben zelf al een volgsysteem dat goed werkt, maar dat was de bedoeling niet. Er moet iemand uit Nederland komen om het systeem te plaatsen en de kosten van vlucht en apparaat zijn voor ons. Zijn we uiteraard niet blij mee, uiteindelijk de deal gemaakt dat een technisch bedrijf in Tahiti het zou plaatsen. We vragen om het apparaat opgestuurd te krijgen, maar dat was voor de technische leverancier te moeilijk, hadden ze nog nooit gedaan. Uitgelegd, dat Air France drie keer per week rechtstreekse vlucht heeft op Tahiti en dat de mensen hier met Fedex hun spullen binnen een week aan boord hebben. Ze zouden het proberen. Uiteindelijk is het systeem een week voor we naar huis gaan via Auckland bij ons aan boord gekomen, nadat we er per mail en telefoon op aangedrongen hebben. Bij het openen zien we dat het een klein apparaat is met een eigen batterij en dat met 6 schroefjes vast gezet kan worden. Bij testen blijkt dat het apparaat niet werkt, op advies van het technische bedrijf in Nederland weer op een andere plaats aan boord uitgeprobeerd. Nog steeds geen ontvangst, blijkt het apparaat niet te werken op de Pacific, de Indische Oceaan, onder langs Afrika en een groot deel van de zuidelijke Atlantische Oceaan. Gebieden die de meeste wereldomzeilers nemen en bovendien mogen we van de verzekering niet langs Kenia, Somalië en Jemen, dus is dat de enige route. Commentaar van de verzekering is dat we het toch maar moeten plaatsen, want als de boot gestolen wordt, duikt hij misschien wel ergens anders op. We snappen er niet veel meer van en laten volgens laatste opdracht het apparaat maar aan boord liggen en blijven ons eigen systeem gebruiken.

Dinsdag 15 september komen we weer aan op Schiphol en blijven dan tot april volgend jaar in Nederland, om weer te genieten van de kinderen en kleinkinderen, familie, vrienden en om weer andere leuke dingen te doen. We kijken terug op een geweldig fijne tijd in Frans Polynesië en zijn blij met de beslissing om hier de tijd te nemen.

4 aug 2009

Raiatea.











 

Nadat Cathelijne en Victor vertrokken zijn, varen we de volgende morgen van Bora Bora naar Raiatea. We hebben een heel mooi zeiltraject en de Drammer heeft er duidelijk zin in. We genieten en  melden ons bij de jachthaven Apooiti, waar we voor tien dagen een plek hebben besproken omdat Hans terug gaat naar Nederland. Van die dagen maak ik gebruik om te wassen en de boot goed schoon te maken. Bovendien laat ik de buitenboordmotor een beurt geven. Walstroom blijkt te zwak voor de wasmachine en moet alles met de hand wassen, wat me al met al drie dagen bezig houdt. Hans komt zaterdag 11 juli weer aan boord, is doodmoe en slaapt de hele middag bij. Zondag repareren we de watermaker met de onderdelen  die Hans meegenomen heeft uit Nederland. Maandag vertrekken we uit Raiatea met bestemming Tuamotu, atols die aan de oostkant van Tahiti liggen. Als we buitengaats komen blijken de  Tuamoto’s niet bezeild en er staat een behoorlijk zware deining. Hans geeft aan te moe te zijn om drie dagen en nachten op te kruisen en we besluiten af te vallen en om de noord naar Bora Bora te zeilen. We hebben een heel mooie zeildag en lopen met uitgeboomde genua en vastgezet grootzeil prachtig door de hoge golven. Precies voor donker pikken we bij Bora Bora jachtclub een mooring op. We slapen lekker lang en varen de volgende middag met de dinghy naar de hoofdstad Vaitape, waar we kanowedstrijden zien. ’s Nachts om 1.15 bellen Cathelijne en Victor ons op om te melden dat er een tsunami-alarm voor de Pacific is afgegeven. We speuren samen op internet en er blijkt een aardbeving geweest te zijn bij Nieuw Zeeland. Voor ons gelukkig aan de westkant, zodat de eventuele golven gedempt zullen worden voor ze bij ons zouden aankomen. Na een uur wordt het alarm ingetrokken en kunnen we weer verder slapen. Wel fijn dat er zo met ons meegeleefd wordt en dat de kinderen ons waarschuwen voor dergelijke dingen. Woensdag 15 juli maken we een heel lange tocht met de dinghy en snorkelen onderweg in het Aquarium, waar we ontzettend veel vissen zien. ’s Avonds wonen we de finale bij van een dansfestival, waarvan we al een deel van gezien hadden met Cathelijne en Victor. We zien twee prachtige shows van lokale groepen, die beide bestaan uit ongeveer honderd mannen en vrouwen. De volgende dag wandelen we naar Vaitape en beklimmen een deel van de berg Pahia, vanwaar we een prachtig uitzicht hebben op de omgeving van het eiland. Vrijdag bezoeken we met de dinghy de enige motu’s (eilanden), die nog door de lokale bevolking bewoond worden. De rest van de motu’s zijn bezet door grote resorts en daar mag je dus niet meer komen. We maken een mooie landing met de dinghy op het strand en worden heel gastvrij door de mensen ontvangen. We maken een praatje met ze en ze wijzen ons zelfs de weg. ’s Avonds eten we in restaurant Bloody Mary, waar vele wereldberoemde gasten zijn geweest. Zaterdag vertrekken we met veel deining en tegenwind richting Tahaa, waar we weer bij de jachtclub een mooring oppikken. Met andere Nederlanders boekenruil gedaan, wat voor iedereen altijd welkom is. We wandelen langs de baai en beklimmen een stuk de berg. ’s Avonds dineren bij de jachtclub. Maandag belt Marnix dat hij een brief nodig heeft van Taina Marina Jachtclub in Tahiti in verband met het aanvragen van het visum voor Florence.  We krijgen de havenmeester zover dat hij die brief wel wil schrijven en mailen naar de franse Ambassade in Nairobi. Als Hans in de dinghy stapt vind hij een dode vliegende vis aan boord. Hij gooit hem overboord  en er schieten gelijk vier Remora’s op af. Remora’s zijn pilotvissen van de walvissen, we hebben ze nog nooit gezien en het is best spectaculair. Dinsdag krijgen we bericht van Taina Marina dat we eerst een downpayment moeten doen van een maand liggeld, voordat ze de brief kunnen verzenden. Proberen van alles om het per mail en telefoon te regelen, maar dat lukt niet. Betalen via internet internationaal duurt ook te lang, Dus volgende morgen naar Raiatea naar de bank varen om een spoedoverboeking te laten doen. Eerst zoveel mogelijk pinnen omdat we ook niet met creditcard kunnen betalen. Daarna naar de supermarkt en vertrekken we van  Raiatea want er blijkt een gunstige wind te staan om naar Moorea te varen. We varen de nacht door en laten ‘s morgens vroeg het anker zakken in Cooks Bay. We maken heel mooie wandelingen en vinden vlak achter het koraal een prachtige snorkelplek. Zondag 26 juli varen we naar Tahiti, naar Taina Marina waar we een plek krijgen aan de kop van de steiger en tussen de megajachten liggen. Onze boot en de lengte van de mast vallen in het niet bij de rest. De volgende dag gaat Hans naar Papeete om veel boodschappen te doen en ik draai vier wassen. “s Avonds borrelen en eten we met andere Nederlanders. Dinsdag komt van Marnix eindelijk het verlossende mailtje, Florence haar visum is rond. We zijn dolblij en nemen er een borrel op. We beginnen met chroompoetsen en snorkelen ’s middags bij de haven. Bij inspectie van het grootzeil, blijkt dat we slijtplekken hebben en bij het oprollen scheuren we  het zeil ook nog omdat het ergens achter blijft haken. Bovendien breekt de bevestigingsstrip af, heel vervelend allemaal maar beter nu dan op open zee. We kunnen het meeste zelf maken en het zeil moest toch naar de zeilmaker, bovendien zullen we de bevestigingsstrip van roestvrij staal laten maken i.p.v. aluminium. De laptop van Hans crasht en blij dat we er hier iets aan kunnen laten doen. Blijkt alleen te repareren voor $1000,-- niet dus. Van Marnix bericht dat er ook nog visa nodig zijn voor Florence voor Australië en Nieuw Zeeland, waar ze alleen zouden overstappen. Hij probeert met behulp van Cathelijne en Victor nog van alles te regelen. Probleem is vooral Nieuw Zeeland, omdat de ambassade in Pretoria zit.  Vrijdag 31 juli vertrekken we voor een weekend naar Rangiroa omdat Hans toch die atols in Tuamotu wil zien. We hebben eer een heerlijk weekend, met een geweldige driftsnorkling door de pas. Veel contact via email met Marnix en Victor over de visa voor Florence. Zondag wordt duidelijk dat het niet gaat lukken met de visa en moeten we besluiten de reis voor Florence en Marnix te cancelen. Iedereen heeft vreselijk zijn best gedaan en het geeft een heel rot gevoel.  Terwijl ik dit stuk schrijf steekt er een tropische storm op en gaan er 36 knopen wind over het dek  (8bft). Omdat we op de meest ongunstige plek liggen is er een duiker bezig een extra lijn aan te brengen op een groot betonblok onder water. De bimini moet eraf en we leggen het kotterzeil op dek. Verderop dreigt een boot van zijn anker te slaan en houdt geen positie zelfs niet met zijn motor op vol vermogen erbij. Houdt hij het niet komt hij recht op ons af. Gelukkig zien we hem langzaam van ons vandaan gaan. Na drie uur is de storm overgetrokken en keert de rust weer. Zo zie je maar we vervelen ons nooit.

 

1 jul 2009

Frans Polynesië.










Na een week klussen aan de boot vertrekt Hans zaterdag 6 juni weer naar Nederland, ik blijf in Papeete om de boot schoon te maken en het houtwerk in de groene zeep te zetten om het te beschermen tegen al het zout. Een hele klus waar ik een paar dagen zoet mee ben. Het stormt erg hard en ik lig met de Drammer aan lage wal. Niet zo handig en ik heb er mijn handen vol aan. Midden in de nacht schieten de stootwillen tussen de boot en de kade uit en met veel moeite krijg ik het voor elkaar om ze er weer tussen te krijgen. Ik kan niet voorkomen dat we toch wat schade oplopen aan de romp, ook de dinghy ligt nog in het water en staat voor de helft vol met water, als het ’s nachts even rustig is besluit ik er maar uit te gaan om het leeg te hozen en het naast de Drammer te leggen met extra lijnen. Als vrijdagmorgen mijn vriendin Myriam aan boord komt, is de storm gelukkig gaan liggen en kan ik de Drammer gerust achter laten om met haar verschillende eilanden te bezoeken. We vliegen naar Bora Bora en Rangiroa en gaan met de ferry naar Moorea. Het is leuk om anderen de mooie omgeving te laten zien waar we nu rondvaren en we hebben gezellige dagen. Voor mij is Rangiroa nieuw (het is een atol) en we gaan daar o.a. driftsnorkelen. We varen met een bootje door de pas naar buiten en laten ons onder begeleiding van een gids drie maal door de pas naar binnen stromen, een heel aparte ervaring en we genieten er erg van. Daarna snorkelen binnen het rif, waar het wel lijkt alsof we in een aquarium aan het snorkelen zijn. Donderdag 18 juni vliegen we weer terug naar Papeete, waar Hans ’s morgens al weer aangekomen is. Hij heeft de monteur voor de motor gehad om de kleppen te stellen en heeft de nieuwe fok meegenomen uit Nederland. Blijkt een mooi fokje te zijn waar we nog veel plezier van hopen te krijgen. ’s Avonds komen ook Cathelijne en Victor aan, zodat we twee dagen met vijf mensen aan boord slapen. Voor vrijdag huren we een auto en rijden het eiland rond. Kijken op de zuidpunt van het eiland naar de wereldberoemde golven, die veel gebruikt worden bij internationale wedstrijden golfsurfen. We kunnen geen bootje vinden, dat ons ernaar toe kan varen maar zien van een afstand ook wel dat het mooie golven zijn met lange pipelines. De volgende morgen heel vroeg vertrekt Myriam alweer. Victor krijgt voor zijn verjaardag twee introductieduiken, die hij samen met Hans maakt. ’s Middags gaan Cathelijne en Victor naar Papeete om onder andere de zeer bekende markt daar te bezoeken. Wij gebruiken de middag om de boot vaarklaar te maken en boodschappen te doen. Zondag tanken we alle yerricans en de tank weer vol diesel en vertrekken nar Moorea, een eiland vlakbij Tahiti. Daar pakken we een boei op in Cooks Bay en gaan heerlijk bij de boot zwemmen. De volgende morgen maken we een mooie wandeling en bezoeken Tipanier, waar we weer met rays zwemmen. Ik ben er nu voor de derde keer en ik vind het elke keer weer een belevenis om met die mooie en grote dieren te zwemmen, kan er niet genoeg van krijgen. De volgende dag 23 juni is Victor jarig en we lunchen uitgebreid bij Bali Hai Club, waar we ook gebruik maken van het zwembad en het strand. Om 16.30 maken we los om de nachtelijke oversteek naar Huahine te maken. “s Morgens 8.30 uur laten we het anker zakken vlak voor de hoofdstad Fare. Het is een mooie plek, waar helaas wel wat deining staat. Als Hans met de snorkelbril het anker gaat controleren, blijkt dat we de anode van de schroef niet meer hebben, en dat de anode om de schroefas ook bijna weg is. We bezoeken het stadje en maken gebruik van internet en supermarkt. Omdat we zien dat er meer wind voorspelt wordt, besluiten we de volgende dag al door te varen naar Tahaa, waar we een zo rustige mogelijke ankerplek opzoeken. De beslissing om door te gaan bleek erg goed, want we hebben daar veel wind en regen gehad en lagen ook daar niet erg rustig. Cathelijne en Victor genieten van het strand bij de jachtclub en ’s middags maken we een erg leuke tour over het eiland met Dave’s Tour. Een enthousiaste jonge ondernemer, die daar een bedrijf als touroperator aan het opbouwen is. Hij brengt ons met zijn fourwheel drive hoog de bergen in en maakt daar op verrassende wijze fruit voor ons klaar. Heel leuk en erg lekker. De volgende dag vinden we een Deense cruiser/duikinstructeur Tim bereid nieuwe anoden onder de Drammer te zetten, we zijn er erg mee geholpen en gelukkig kunne we hem en zijn bemanning ’s avonds een lekkere cocktail aanbieden tijdens het eten. De volgende dag bezoeken we nog een pearl farm, die vlak naast de jachtclub Taravana is gelegen, waar Cathelijne en ik goede zaken doen. Als we de volgende ochtend wakker worden blijkt het redelijk rustig en snel steken we over naar Bora Bora, waar we om 10.30 een mooring oppikken. Cathelijne en Victor maken een wandeling naar de hoofdstad Vaitape. Zondag wil Hans de watermaker starten, maar die slaat steeds af. Bij nadere inspectie blijkt dat we een lek hebben, dus geen water kunnen maken. Gelukkig kunnen we bij de jachtclub onze tanks vullen, en zullen toch vanaf nu wat zuiniger met water moeten doen. ’s Avonds is er een pizza-avond op de club en we eten met alle andere zeilers de bestelde pizza’s. Maandag maken we een rondrit over het eiland en willen een bootje huren bij Novotel, door de harde wind gaat dat echter niet door en we vermaken ons op het strand, snorkelen en gebruiken een lekkere lunch. ’s Avonds spelen we het monopoliespel van Frans-Polynesië, dat we van Cathelijne en Victor hebben gekregen. Erg goed voor ons Frans en heel leuk om te spelen met een spel van het gebied waar je bent. Dinsdagavond nodigen Victor en Cathelijne ons uit voor een diner en een dansavond met traditionele dansen en zang. Erg gezellig en leuk om bij te wonen, omdat het een geheel lokaal gebeuren is. De laatste dag wordt er nog gesnorkeld bij een motu en dan is het als snel weer zover dat we afscheid moeten nemen. Morgen varen we samen naar Raiatea, omdat Hans weer terug moet naar Nederland voor een week. De plannen om naar Australië te gaan hebben we laten varen, het gebied is hier zo mooi en rustig, het is hier de eerste plek waar we de dinghy niet op slot hoeven te doen als we hem ergens achterlaten. Bovendien komen Marnix en Florence ons nog bezoeken en dan is het heerlijk de tijd te hebben.

5 jun 2009

Terug op Tahiti










Zondag 17 mei landen we ’s morgens om 4.00 uur weer op Tahiti. We hebben alleen handbagage dus zijn snel door de douane en kunnen als eerste een taxi pakken naar de haven. Nemen nog een paar uur nachtrust en gaan snel aan de gang om de Drammer weer vaarklaar te maken. De watermaker wordt goed onderhanden genomen en voorzien van nieuwe filters, we zijn nog steeds niet tevreden over de waterkwaliteit en hebben weer nieuwe filters bij ons. We doen boodschappen en gaan ’s avonds op tijd naar bed. De volgende dag maken we de boot schoon, doen boodschappen en zijn precies terug als Hans en Lieke aan boord komen. Dinsdagmorgen nog de laatste verse boodschappen en om 11.20 vertrekken we uit de haven om richting Bora Bora te gaan. Het wordt een rustige tocht van ongeveer 160 mijl, waarvan we ruim de helft op zeil kunnen doen. De passage door het rif is goed betond en het binnenvaren is met nauwkeurig navigeren niet moeilijk. Op woensdag 20 mei om 14.00 uur pakken we een mooring op bij de Bora Bora Yacht Club. De Drammer ligt in azuurblauw water en de kleuren zijn echt zoals ze op de folders staan aangegeven. We zwemmen heerlijk rond de boot in water dat nog warmer is dan 29 graden. Eten aan boord en genieten van het uitzicht. De volgende dag melden we ons bij de havenmeester, betalen voor de mooring en wandelen naar Vaitape, de hoofdstad van het eiland. Tijdens de lunch daar boeken we een trip over het eiland met een gids. We zien de mooie stranden van het eiland en bezoeken een parelkwekerij. Daar laten ze ons zien hoe de parel uit de schelp gehaald wordt en er weer een nieuwe aanzet ingebracht wordt voor de volgende parel. Het is een heel precies werkje en gebeurt op een bijna chirurgische wijze. Leuk om te zien vooral omdat de eilanden beroemd zijn om de zwarte parels die gekweekt worden. De kleuren variëren van lichtgrijs, groen,bruin, violet en zwart. De gids zet ons weer af bij de haven en ’s avonds genieten we van en heerlijk diner op het terras van de jachtclub. Op vrijdag gaan we met een duikbedrijf snorkelen dat ons door de lagoon vaart en laat snorkelen in wat de lagoon tuin genoemd wordt. Mooi gebied met weinig stroom en rustig water en we zien toch weer andere vissen dan we tot nu toe gezien hebben. Zaterdag 23 mei varen we van Bora Bora naar Tahaa en krijgen onderweg een zware regenbui, helaas precies als we door het rif varen dus dubbel opletten. De betonning is ook hier weer erg goed, ik moet zeggen dat de fransen het goed doen met hun eilanden, alles weer goed verzorgd en onderhouden. Op Tahaa meren we af in de Haamene baai, vlakbij een restaurant, als we de weg oversteken om een wandeling te maken zien we een bedrijf dat vanille verwerkt tot poeder en essence. We vragen hoe vanille groeit en de mevrouw neemt ons gelijk mee naar de buren die een kwekerij hebben. De vrouw van de kwekerij leidt ons heel trots door haar bedrijfje en via de tolk vertelt ze ons van alles. Als we weggaan moeten we nog even hun mandarijnen proeven en als we zeggen dat ze lekker zijn, krijgen we er gelijk een heleboel mee waar we absoluut niet voor mogen betalen. De mensen zijn vriendelijk en heel trots op hun eiland. Vanille is met visserij hun bron van inkomsten horen we later. Met de dinghy varen we door de baai. De volgende dag varen we naar Raiatea, een eiland dat binnen hetzelfde rif ligt en meren af bij de haven van het verhuurbedrijf Moorings. De recessie blijkt hier behoorlijk toegeslagen, want er is maar 20% van de vloot in gebruik, geen leuk gezicht om al die schepen stil te zien liggen. Maar als je de prijzen ziet van een weekje varen hier begrijp je wel dat men dat op het ogenblik even uitstelt. Je voelt je wel bevoorrecht hier op eigen kiel rond te kunnen varen. We bezoeken de hoofdstad Uturoa en laten ons met een taxi over het eiland rondrijden. Gaan naar een botanische tuin, die nog een beetje onderhouden wordt en daardoor wel speciaal is. Op de terugweg naar de auto zien we hoe een oude man kokosnoten schoonmaakt met een grote machete. Als hij in de gaten heeft dat we kijken maakt hij er speciaal voor ons een open en hij geniet als we de melk drinken en zeggen dat we het heel lekker vinden. We rijden door naar Marae Taputapuatea de best bewaarde traditionele tempel in Frans Polynesië die dateert uit de zeventiende eeuw. Volgens onze begrippen niet echt oud maar als je de uitleg op de borden daar leest wel indrukwekkend. Van dinsdag 26 mei op woensdag 27 mei steken we weer over naar Moorea, waar we na een makkelijke overtocht en de helft van de tijd weer op zeil in Cook’s Bay een mooring oppikken. Hans en Lieke gaan zwemmen met de stingrays en wij zwemmen om de boot en genieten va de mooie baai. De volgende ochtend maken Hans en Lieke nog een wandeling. En ’s middags vertrekken we weer voor de laatste 15 mijl naar Taina Marina op Tahiti, vanwaar Hans en Lieke weer naar huis terug vliegen. Wij hebben een week samen om de boot verder onderhanden te nemen. De motor moet nog een grote beurt, de fok moet naar de zeilmaker en er moet van binnen goed gepoetst worden. Klussen die we na de grote oversteek even op de lange termijn hebben geschoven, maar beter nu kunnen doen omdat we straks weer mensen aan boord hebben en daarna gelijk samen nog 3400 mijl moeten varen naar Australië, waar we de Drammer voor langere tijd achter willen laten.

31 mei 2009

Verblijf Tahiti.






Zaterdag 25 april tanken we gelijk de dieseltank vol en krijgen een heel mooie plek aangewezen om te liggen met de Drammer. Zondag gaan we naar Papeete, de hoofdstad van Tahiti om rond te kijken, dat was niet zo’n goed plan want de stad blijkt op zondag totaal verlaten te zijn. We drinken wat op een terras en gaan naar de airport om een auto te huren, dan zijn we tenminste verder vrij om het eiland op te gaan. De maandag gaan Marnix en Hans naar de customs en immigratie om in te klaren, wat snel gebeurt is omdat we hier onder de EU regels vallen. Daarna gaan ze op zoek naar een plek waar de Drammer op de kant gezet kan worden, want de berichten van de werf zijn toch minder positief. Wel raden ze ons aan om nog eens te gaan varen en dan heel wild heen en weer te sturen om te kijken waar het precies lekt. Gelukkig is Marnix aan boord en kan die het van mij overnemen want het is echt heel zwaar om zo te sturen. Hans zit beneden met alles open om te zien waar de lekkage zit en ons verdere aanwijzingen te geven. Na een uur wordt het wel duidelijk en gaan we terug naar de haven. Na contact met de werf moet het mogelijk zijn om het zelf dicht te kitten en dan is het niet nodig het water uit te gaan. We zijn opgelucht en gaan aan het werk, bij een volgende tocht zal pas blijken of het echt waterdicht is. Dinsdag gaan we met de huurauto over het eiland en bezoeken het historisch museum, musee de Tahit et ses iles, wat erg de moeite waard is en een goed beeld geeft van de cultuur en de ontwikkeling van het eiland. Bovendien ligt het museum op een heel mooie plek. Daarna rijden we door naar het Gauguin museum,wat erg tegen valt en waar we lek geprikt worden door de muggen. De mooie botanische tuin, die er naast ligt laten we dan ook maar voor wat het is. We rijden door naar het zuid eiland en gaan via de oost kant weer terug. De volgende dag gaan Marnix en Hans duiken en ik kan mee om te snorkelen. De eerste keer gaan we buiten het rif en zien gelijk al veel haaien, de tweede duik is binnen het rif en zien we heel veel verschillende vissen, een vliegtuigwrak en twee wrakken van boten. De donderdag gaan we met de ferry naar een ander eiland, Moorea, dat vlakbij Tahiti ligt. Leuk om zo tussen de locale bevolking te zitten en velen willen ons helpen en geven de mooiste plekken van hun eiland door. De mensen zijn echt trots op hun omgeving en willen het graag met je delen. We nemen een taxi en laten ons in het noorden van het eiland bij Les Tipaniers afzetten om een snorkeltrip te boeken. Na de lunch vertrekken we met nog twee personen naar de plek waar we gaan snorkelen met stingrays en haaien. Het is echt ongelooflijk om de dieren te zien zwemmen en onze gids, een bioloog, lokt ze naar zich toe. We kunnen de dieren aanraken en ik kan je vertellen dat ze heel zacht aanvoelen, bijna fluweel. De haaien houden zich op een afstand maar zijn wel heel goed te zien. Daarna gaan we snorkelen boven tikibeelden, die binnen het rif zijn afgezonken. De missionarissen vonden het in de negentiende eeuw nodig dat de bevolking afstand zou doen van hun eigen cultuur om het christendom volledig in te voeren. De originele beelden zijn al onder het koraal verdwenen, maar als eerbetoon aan hun oude cultuur zijn er nu nieuwe beelden neergelegd, die elk jaar schoongemaakt moeten worden, zodat ze niet weer onder het koraal verdwijnen. Op de terugweg zegt Marnix dat hij de volgende morgen een introduktie duik voor mij afgesproken heeft, omdat hij ervan overtuigd is dat ik daarvan zal genieten. Hans en Marnix hadden al een duik afgesproken en ik zou dan met een eigen instructeur de tweede duik doen. Omdat ik denk dat het al afgesproken is ben ik akkoord gegaan, de volgende dag bleek dat Marnix het toen pas geregeld had. Ben ik dus mooi ingetuind. Samen met Marnix en de instructeur ben ik naar beneden gegaan en hoewel ik wel er erg tegenop zag moet ik zeggen dat Marnix gelijk had, ik heb er erg van genoten en je ziet het koraal vanuit een andere hoek en daardoor kun je er soms helemaal tussenin kijken. Het duiken is voor mij nu niet meer helemaal afgezworen. Zaterdag 2 mei vliegen we weer naar huis. Hans en ik blijven een nacht in Los Angeles en Marnix vliegt via Parijs en Amsterdam door naar Kenia. Maandag reizen we gelijk door naar Utrecht om onze nieuwe kleindochter Puck te bewonderen. Geweldig blij zijn we met haar en het is jammer dat we een deel van haar ontwikkeling zullen missen. Maar je kan niet alles hebben dus genieten we maar dubbel als we de kinderen en de kleinkinderen zien. De volgende twee weken blijven we in Nederland om te kunnen genieten van de familie en nog wat vrienden te zien.

27 apr 2009

Galapagos naar Tahiti.














Galapagos naar Tahiti.

 

Maandag 30 maart  halen we Marnix af van het vliegveld op San Cristobal, onze agent is daar ook om het paspoort van Marnix in ontvangst te nemen en de papieren voor vertrek klaar te maken. We gaan met de taxi naar Loberia om Marnix iquana’s te laten zien. Gelukkig vinden we er een paar en kunnen we ze nog goed bekijken. We gaan al vrij snel weer aan boord, Marnix heeft de nodige vlieguren achter de rug en wil op tijd naar bed. Moeten ’s middags nog wel weer aan land om naar de immigratie te gaan, die ons persoonlijk wil zien.  De volgende morgen om 7.30 uur halen we het anker op en vertrekken naar Tahiti, een lange oversteek van ongeveer vier weken. We  worden om twaalf uur nog gedag gezegd door een grote groep dolfijnen. We verdelen het lange traject in verschillende delen en geven die met waypoints aan op de kaart. Zo begin je eigenlijk vanaf het begin af te tellen naar het eindpunt.  Het wacht systeem wordt besproken en overeengekomen, dat ik wacht heb van 19.00 uur tot 23.00 uur, Hans van 23.00 uur tot 3.00 uur en Marnix van 3.00 tot 7.00 uur waarna Hans en ik weer de wacht overnemen. Dit schema bevalt erg goed en we houden het zo tot de laatste dag. Donderdag 2 april hebben we marifoon contact met een ander schip dat naar de Marqueses gaat. Nog een andere catamaran komt naar ons toe varen en blijft een eind bij ons vandaan maar wel in de buurt, deze reageert niet op de marifoon en ik vind het eigenlijk maar raar. Hij voert geen vlag en dit soort dingen doe je niet als cruisers onderling, ben blij als we hem de volgende dag niet meer zien. Via de iridium worden we door de kinderen op de hoogte gehouden van hun doen en laten en we vinden het altijd weer fijn om ze te horen of via de mail iets te lezen. Ook blijkt het nu mogelijk om telefonisch contact te maken met Kenia, wat de vorige oversteek nog niet kon en daar zijn we blij om omdat we dan altijd voor de kinderen bereikbaar zijn. De verse spullen zijn na een week op en de rest is niet goed meer en moeten we overboord zetten. De temperatuur bedraagt overdag 33 en ’s nachts 31 graden C en we kunnen niet alles in de koelkast bewaren. Zelfs de eieren,die ik vooral voor Pasen wil bewaren, moeten we drie dagen voor Pasen aan de vissen voeren. Gelukkig hebben we wel de eerste vis gevangen een hele mooie dorade, die we schoonmaken en ’s avonds met rijst en oregano eten. Daarna vangen we nog een vis, die heel wat zwaarder is en waar we een tijd mee bezig zijn, als we hem naast de boot hebben blijkt een grote tonijn te zijn. Hans vraagt Marnix hem even naast de boot te houden om een foto te kunnen  maken, de tonijn wilde niet op de foto en ging er vandoor met ons aas nog in zijn bek. Zonde van de vis en zonde van het aas. Na een paar dagen nog een Dorade gevangen en binnen gehaald, deze ging erg tekeer en Hans maakte er een behoorlijk bloederig zooitje van op het achterdek. Naast de boot zagen we twee grote haaien zwemmen en Marnix heeft nog geprobeerd om ze te lokken met de restanten van de Dorade, maar dat is niet gelukt. Eerste Paasdag  begon anders dan we gepland hebben, Om 3.00 ’s nachts hoorden we Marnix ineens roepen dat de fok naar beneden is gekomen. Buiten zien we inderdaad de hele fok in het water en half onder de boot liggen. Marnix en Hans kunnen hem gelukkig heel binnenhalen, we zijn precies halverwege en moeten er niet aan denken geen fok meer te hebben. Wel hebben we nog een kotterzeil maar dat is echt te klein voor de wind die we hebben. We binden de fok vast en beslissen morgen bij daglicht wel wat te doen. We zien dan dat het stuk van de reef installatie nog boven in de mast zit, dus de val is niet gebroken, maar de wartel waar het zeil mee vast zit wel. Niemand ziet het zitten op open zee de maast in te gaan en 23 meter boven het water te hangen, komt nog bij dat het eerste Paasdag is en dat maakt het  nog meer beladen. Uiteindelijk zegt Hans naar boven te gaan, trekt tuig aan en installeert het zitje dat we daarbij gebruiken. Bovendien maakt hij de val los om de reefinstallatie naar beneden te kunnen halen, als iedereen er klaar voor is zie ik ineens dat de val bij kleine stukjes de mast ingaat en het bovenstuk door de golven heel langzaam naar beneden glijdt. We zijn er erg gelukkig mee en na een tijd is het geheel vanzelf naar beneden gezakt, dan zien we dat de wartel gebroken is en dat kunnen we oplossen. Na een uur staat de fok weer en in die tijd heb ik een lekkere appeltaart gebakken om het te vieren. De volgende dagen krijgen we een paar dagen met veel wind zo’n 6 tot 7 bft. De zee bouwt zich behoorlijk op en het is even behelpen, vooral binnen en met slapen, het schip gaat behoorlijk te keer en we zijn ons bewust hoe super we het tot nu toe gehad hebben. Op de gribfiles hebben we het windgebied al zien aankomen, dus we hebben het wel goed voor kunnen bereiden. Na 5 dagen krijgen we weer de wind die we steeds hebben en wel 3 tot 4 bft. en later zelfs nog minder. Dinsdag 21 april krijgen we bij de wachtwisseling van Hans en mij ineens alarm van de bilgepomp., die aangeeft dat er water onder in het schip staat. Daar zit je dus echt niet op te wachten midden in de nacht. Alles opengemaakt en na veel speurwerk komen we er achter dat de roerkoning lekt, niet echt handig maar kunnen het wel zelf repareren als we in de haven zijn. Tot die tijd zuigen we het water ’s morgens en ’s avonds op drie plaatsen weg .De eerste twee dagen is dat voldoende, maar daarna gaat het toch harder lekken en moeten we iedere drie uur aan het werk. Donderdag 23 april gaan we tussen de Tuamotu Archipel door en zien de atollen daar duidelijk liggen.  Na deze passage rest ons nog 200 mijl naar Tahiti, de wind is heel zwak en we motoren die kant op. Zaterdag 25 april meren we af in de haven. Op een heel mooie plaats waar we de Drammer goed achter kunnen laten als we terug gaan naar Nederland. We liggen achter het rif en zien de brekers, die heel indrukwekkend zijn.